Feyenoord was gisteren heer en meester in de wedstrijd met Shakhtar Donetsk, toch is de laatste uitwedstrijd die Feyenoord won in de Europa League nog steeds Standard Luik uit in 2014. Gisteren was misschien wel het moment om dit uit de boeken te schieten. In de AD Voetbalpodcast van het Algemeen Dagblad kijkt Maarten Wijffels terug op de wedstrijd van gisteravond.
De Rotterdammers hadden 21 doelpogingen nodig voor een doelpunt, terwijl Shakhtar met 5 doelpogingen ook een doelpunt maakte. Toch lijkt het voor Feyenoord een uitgelezen kans om de kwartfinale te halen. “Feyenoord moet natuurlijk naar de kwartfinale”, aldus Wijffels. Het grootste probleem van Feyenoord is dat ze te veel kansen nodig hebben, maar dat is niet alleen de wedstrijd van gisteren, maar eigenlijk heel het seizoen al. “Bij de 21ste doelpoging van Feyenoord viel dan toch nog de 1-1 en weer in de slotfase.”
Veel gehoord is dat Feyenoord het niet vol kan houden dat er telkens zo laat in de wedstrijd scoren, al denkt Wijffels dat het wel degelijk vol te houden is. “. Ik heb het in 2017-2018 meegemaakt bij PSV. Daar scoorde Luuk de Jong ook vaak in de laatste minuten, hij werd dan ook last-minute Luuk genoemd en daarmee werden ze kampioen. Het is bij dit Feyenoord juist een kwaliteit dat ze dat kunnen.”
Een ander opvallend ding van Feyenoord dit seizoen is dat de invallers vaak het verschil maken. Wijffels weet dan ook niet wat de ideale voorhoede is. "Nee, soms zie je Paixão invallen en dan denk je die moet elke wedstrijd spelen en dan speelt hij 90 minuten en lijkt het nergens op. Zelfde geldt een beetje voor Idrissi in Jahanbakhsh."
Lees meer over