Van Beek komt met duidelijkheid, enkelblessure klopt niet

Sven van Beek zit alweer in de lappenmand. De centrale verdediger heeft in de voorbereiding op het nieuwe seizoen een enkel blessure opgelopen en is wederom lang uitgeschakeld. De 26-jarige speler van Feyenoord geeft echter nooit op, ook niet ondanks dat hij sinds zijn debuut 6 jaar geleden, 116 competitiewedstrijden speelde voor Feyenoord. Na een nieuwe tegenslag, zegt Van Beek in gesprek met het Algemeen Dagblad dat hij altijd pijn heeft gehad. "Maar voor het eerst in jaren heb ik echt gevoel dat ik die fase achter me heb gelaten. Niemand verwacht meer iets van mij, ik probeer er zelf ook voorlopig zonder verwachtingen in te staan. Maar toch, er is gezegd dat ik weer zes maanden niet zou kunnen spelen. Daar heb ik één antwoord op: ik ben veel sneller ­terug." Feyenoord haalde met Uroš Spajić een vervanger voor de geblesseerde Van Beek. De verdediger begrijpt wel dat Feyenoord verder kijkt. "Feyenoord is een grote club en moet verder als er spelers geblesseerd afhaken. Maar die operatie in het Erasmus Medisch Centrum heeft mij wel het gevoel gegeven dat ik weer zal terugkeren als profvoetballer." Opvallend is dat het achteraf geen enkelblessure is, maar een vergroeiing die al langer parten speelt bij Van Beek. "Zonder er een gedetailleerd medisch verhaal van te maken: ik heb op de wreef van mijn linkervoet een stukje aangegroeid bot. Dat deed al veel langer pijn, maar ik leerde ermee te leven. We wisten dat het er zat, maar toen het tegen Sparta meteen weer misging, hebben we besloten toch te opereren. De chirurg zei na afloop: ‘Ik denk dat je heel blij bent dat we dit hebben verwijderd’. En ik voelde al snel: de pijn was weg."
Reageren

Lees ook

Meer nieuwsberichten