De afgelopen maanden heb ik meer dan gemiddeld Feyenoordfilmpjes op Youtube zitten kijken. Naar de tribunes en Stadhuisplein bij het kampioenschap. Naar de tribunes met Europese goals van Manu, Pi-air en die bekervoorzet van El Ahmadi in de laatste seconden. De ontlading bij een belangrijke goal van Feyenoord is met geen enkel ander gevoel te vergelijken. Je treedt even buiten jezelf en met een beetje pech zie je ook een paar treden van dichtbij. Het is elke keer alsof je de belangrijkste goal van je bescheiden amateurcarrière maakt. Maar dan met 45.000 tegelijk.
Het is niet alleen het juichen dat een Kuipbezoek voor mij al ruim 25 jaar zeer speciaal maakt. Het is ook schelden, zingen en hopen tegen beter weten in. Volgens mij mogen we de dat laatste wel blijven doen, want het blijft Feyenoord. En natuurlijk zijn er ook voordelen. Geen rij voor die perfect getapte Heineken light, geen stress of je een bal vanaf de tweede ring in je nek krijgt en geen files aan het einde van de wedstrijd. Maar dat light biertje is toch niet te zuipen, die bal op de tribune houdt je scherp en in de file kan je nog even nagenieten met de nabeschouwing van Radio Rijnmond.
Feyenoord zit bij veel supporters diep, ook bij mij. Maar ik voel en hoor in mijn omgeving toch iets minder de drang om naar het stadion te komen. Toch is er hoop. De bestuursvoorzitter van het Erasmus MC had het bij Jinek over proeven met meer supporters. Ik kom er in crisistijd steeds meer achter dat iedereen met een zinnige, pragmatische mening op tv uit de omgeving van Rotterdam komt. En dat geeft me toch wel een trots gevoel. Net als Feyenoord, want ook al hebben we elkaar al sinds maart niet meer gezien. De band blijft, ook al zitten er drie stoeltjes tussen.
Remi
Lees meer over