Kökcü: 'Als jonge voetballer wil je altijd meer'

Feyenoord startte gisteren met Orkun Kökcü in de basis. De middenvelder scoorde de 0-1 en is vooral blij dat hij nog mag samen spelen met Robin van Persie. De spits gaf de assist bij de 0-1, door de bal met gevoel en precisie terug te leggen op de middenvelder die beheerst binnenschoot. Kökcü hoopt in het restant zijn kansen te krijgen bij Feyenoord om te knokken voor de derde plaats. “Ik wil Europees voetbal spelen. Dat is goed voor de club, voor het elftal en ook voor mij”, zegt de A-junior in gesprek met De Telegraaf. De middenvelder laat zien dat er vanaf Varkenoord nog altijd talenten doorstromen, directeur Jan de Jong gaf aan dat Stam meer met talenten moet gaan werken. Toch is de stap niet zo makkelijk gemaakt. Kökcü weet dat er meer bij komt kijken dan alleen talent om ervaren spelers als Tonny Vilhena, Jordy Clasie of Jens Toornstra uit de basis te spelen. Kökcü: “Het is simpel, als jeugdspeler moet je bewijzen dat je mee kunt of beter bent dan die mannen. Je moet het echt verdienen. De trainer weet ook met mij wat hij doet. Als ik nu het seizoen bekijk, dan waren de keren dat hij me heeft opgesteld gewoon goed. De club én de trainer hebben een plan met me. Als jonge voetballer wil je altijd meer, maar je moet de kwaliteit hebben en het zelf afdwingen.” Het voetbal bij de ‘mannen’ is veel fysieker, volgens de middenvelder moeten jeugdspelers eerst een halfjaar keihard trainen om mee te kunnen. “In het begin lag ik bij een tikkie al op de grond. Ik werk aan mijn spierkracht, ben veel sterker aan het worden en blijf daardoor overeind als ze me op de huid zitten.” Kökcü ziet het als meerwaarde dat hij kan spelen en trainen met Robin van Persie. In het veld in de wedstrijd gebeurd dat weinig. “Maar dat hoeft niet. Praten doet Robin op de training of in de kleedkamer. Dan luister ik. Hij geeft me namelijk veel tips.” Van Persie probeert de middenvelder te leren vooruit te denken en te spelen. “Ik moet van hem voortdurend ’scannen’ en snel naar voren spelen. Want van spelers die achteruit een pass geven, zijn er al genoeg, zegt hij altijd. Daar heeft hij, denk ik, wel gelijk in”, zegt Kökcü.