Het loopt niet bij Feyenoord, dat is duidelijk. Verschillende media proberen de vinger op de zere plek te leggen, maar binnen de club lijkt men het probleem nog niet te hebben gevonden. Trainer Giovanni van Bronckhorst concludeerde na de 1-1 in de Kuip tegen AS Trencin dat Feyenoord vooral pech had gehad.
Volgens NOS-verslaggever Arman Arvasoglu gaat het sinds het kampioensjaar van Feyenoord al fout: 'Feyenoord is zó voorspelbaar en makkelijk te bespelen'. De journalist wijst naar de tactische keuzes van Van Bronckhorst als deel van het voetbalprobleem. 'Ze spelen onder Giovanni van Bronckhorst altijd 4-3-3 met twee buitenspelers die heel breed staan. Daar is in het hedendaagse voetbal heel makkelijk tegen te spelen. In voorgaande jaren verbloemden Eljero Elia en Dirk Kuijt dat nog, maar nu zij er niet meer zijn, is het echt een probleem'.
Arvasoglu heeft een punt. Feyenoord heeft (bijna) altijd veel balbezit, maar heeft het balbezit op de verkeerde plaatsen. Qua kansen creëren was de wedstrijd afgelopen donderdag dan ook een uitzondering. Door de trage opbouw van achteruit, waarbij de bal veel te vaak heen en weer wordt geschoven tussen centrale verdedigers Jan-Arie van der Heijden en Eric Botteghin, kan de tegenstander van Feyenoord zich gewoonlijk in alle rust verdedigend opstellen. Feyenoord profiteert bij een omschakelmoment daarom nauwelijks van de nog niet georganiseerde tegenstander, het balletje gaat immers vaak terug naar de eigen verdedigers. Breedtepasses zijn de regel, dieptepasses de uitzondering.
Daarbij komt dat de vleugelspelers te vroeg worden aangespeeld. De opbouw gaat vanuit het centrum veelal vanuit de backs naar Steven Berghuis of Sam Larsson. Omdat de spelers dan echter met de rug naar de goal van de tegenstander staan én bovendien nog veel te ver van de goal af zijn, kunnen ze niet gevaarlijk worden. Op die manier zijn de vleugels van Feyenoord gemakkelijk te verdedigen, terwijl Steven Berghuis misschien wel Feyenoord's beste speler is. In plaats bijvoorbeeld Berghuis zijn acties te laten maken rond de middenlijn, kan de speler beter meer naar het centrum (bijv. rand strafschopgebied) in balbezit worden gebracht. De speler is dan veel dichter bij het doel van de tegenstander, dan als hij bij de zijlijn zou worden aangespeeld. Een en ander zou het aanvalspel van Feyenoord dreigender kunnen maken, omdat Berghuis eerder in een goede positie komt om te schieten en daarnaast gemakkelijker met een loopactie de diepte kan zoeken.
Scorend vermogen is dus ook een belangrijk punt voor Feyenoord en Van Bronckhorst. Nu Nicolai Jørgensen nog langdurig geblesseerd is, moet Feyenoord echt op zoek naar een andere manier om kansen te creëren. Het kan daarbij niet meer teruggrijpen op de ervaren en uitzonderlijke klasse van een Eljero Elia of Dirk Kuijt. Arvasoglu ziet dat Feyenoord de oplossing nog steeds niet heeft gevonden: 'Ik hou niet van het woord crisis, maar dat is er nu wel...'