Oranje onder 17 heeft zich gekroond tot Europees kampioen. De ploeg van trainer Kees van Wonderen won, na een zeer enerverende finale die eindigde in 2-2, in de stafschoppenserie met 1-4 van Italië.
“Degene die wint, is de ploeg die het beste in zichzelf naar boven kan halen”, stelde Kees van Wonderen voorafgaand aan de finale van het EK in Engeland. Dat Oranje onder 17 de twee eerdere ontmoetingen tegen de Italianen allebei had gewonnen met 2-0. Hij haalde er zijn schouders over op. “Favoriet? Ik zie het zo; deze twee ploegen zijn het verst gekomen in een Europees kwalificatietoernooi, dan zal het in de finale wel dicht bij elkaar liggen. En vergeet niet, Italianen zijn toernooivoetballers hè.”
Gravenberch raakt de lat
Net als in de voorgaande wedstrijden begon Onder 17 ook nu uitstekend aan het duel. De eerste mogelijkheid was dan ook voor de mannen van Van Wonderen. Elayis Tavsan kon afdrukken na een voorzet van Quinten Timber, maar raakte de bal niet lekker. Dat deed Ryan Gravenberch wel. De middenvelder trok vanaf de linkerkant naar binnen en nam de bal van een meter of twintig vol op de slof, maar zag de poging tot zijn afgrijzen uiteen spatten op de lat.
Oranje bleef drukken en de volgende kansen lieten dan ook niet lang op zich wachten. Na een vloeiende aanval via Timber en Mohammed Ihattaren kon Gravenberch vrij uithalen. Zijn inzet was echter niet hard genoeg om Alessandro Russo te verschalken. Nog groter was de derde mogelijkheid voor de spelverdeler. Een prima vrije trap van Ihattaren werd door Russo voor de voeten van de attent doorgelopen Gravenberch geslagen, maar in een reflex knalde hij de bal – helemaal vrijstaand – over het doel.
Italië bijt van zich af
De eerste echte mogelijkheid van Italië liet iets langer op zich wachten, maar toen hij zich eenmaal voordeed, had het maar zo 1-0 voor de Zuid-Europeanen kunnen staan. Emmanuel Gyabuaa kreeg de bal echter in twee keer niet langs doelman Joey Koorevaar, die al vallend met zijn voeten de bal uit het doel wist te werken. Kort voor de pauze werd er opnieuw een beroep gedaan op de reflexen van de doelman, toen een poging van Samuele Ricci via de voet van Wouter Burger net onder de lat viel. Met een uiterste krachtsinspanning wist Koorevaar de bal over de lat heen te werken.
Grote schoonheid
Italië was even aangeslagen en creëerde nauwelijks een kans, maar dat veranderde toen Ricci op geweldige wijze toesloeg vanaf de rand van de zestien. De middenvelder kapte zich vrij en schoot prachtig raak. Nauwelijks een minuut later lag de volgende treffer achter Koorevaar en ook nu was de goal van grote schoonheid. Alessio Riccardi kapte á la Gravenberch naar binnen van de linkerkant, maar waar de bal van de Nederlander uiteen spatte op de lat, vloog die nu geweldig in de kruising.
Met Crysencio Summerville voor Tavsan en Brian Brobbey voor Gravenberch ging Oranje in het slot vol vuur op zoek naar de gelijkmaker. En die kwam er! Een vrije trap van Ihattaren eindigde eerst nog in de muur, maar bij de volgende actie was hij succesvoller. De vleugelaanvaller passeerde zijn man en trok de bal met de buitenkant van de schoen voor het doel langs, waar Brobbey geheel vrijstaand bij de tweede paal de gelijkmaker binnen kon tikken; 2-2.
Weer strafschoppen!
Hoewel in de absolute slotfase Brobbey nog dicht bij de winnende treffer was, viel de beslissing niet meer in de reguliere speeltijd. Opnieuw moesten er strafschoppen aan te pas komen om een winnaar aan te wijzen. Oranje ging de penaltyserie met het nodige vertrouwen in; de twee eerdere series in de kwart- en halve finale werden immers gewonnen.
En, net als in de halve finale, werd Koorevaar in die penaltyserie de held. Net als tegen Ierland én Engeland faalde geen enkele (!) Nederlandse speler vanaf elf meter, terwijl de doelman de eerste twee penalty’s van de Italianen keerde. Het was aan Ramon Hendriks de taak om Nederland aan de Europese titel te helpen. Oog in oog met Russo faalde de centrale verdediger niet. De EK-titel was binnen!