Veel supporters twijfelen nog over de plannen voor een nieuw stadion voor de Rotterdammers, maar Greg Carey, hoofd sportfinanciëring van Goldman Sachs, weet het zeker: Feyenoord City gaat een groot succes worden.
'We staan nog maar aan het begin', vertelt Carey in het Algemeen Dagblad. 'We nemen het hele plan stap voor stap door: wordt het niet te groot, hoeveel stoelen zijn er nodig, hoeveel business seats kun je kwijtraken? We willen Feyenoord helpen om iets te bouwen wat past bij de mogelijkheden, willen zeker weten dat het een financieel gezond plan is. Mensen hoeven niet bang te zijn dat we ons in een avontuur storten dat de club zich niet kan veroorloven.'
Toch zijn veel supporters juist daarom kritisch over de plannen voor het nieuwe stadion. Schiet Feyenoord zichzelf niet in de eigen voet op financieel gebied? Volgens sporteconoom John Vrooman is er geen reden tot paniek. 'Goldman Sachs neemt geen risico's bij deze projecten. Ze denken in hun stadiondeals vanuit een worst case scenario.'
'De meeste clubs die met Goldman in zee zijn gegaan, profiteerden daar goed van', legt Vrooman uit, die overigens niet denkt dat het gebied rondom het nieuwe stadion zal profiteren van de plannen. De gemeente blijven meestal twee dingen over: files en de rekening. Het argument van gebiedsontwikkeling gaat zelden op. De nieuwe generatie sportarena's wordt er juist op gebouwd dat mensen al hun geld binnen het complex uitgeven. Daar komt de winst vandaan.'
Alle kritiek heeft geen invloed op Greg Carey, zo zegt hij zelf. 'Dit is geen project waar ik midden in de nacht van denk: oei, komt het wel goed? Ik bouwde voor basketbalclub The Nets een arena van 1 miljard, dwars over een spoorwerf. En die club leed 40 miljoen per jaar verlies toen we begonnen. Dát was pas een uitdaging.'