'Ik begrijp de gedachte, maar zo voelt het niet in onze kleedkamer'

Vorig seizoen speelde Feyenoord in de competitie en de beker veel thuiswedstrijden. De meeste van die wedstrijden werden dan ook gewonnen door de Stadionclub. Hoe anders is het dit seizoen? De wedstrijden die Feyenoord wel overtuigend speelde, waren de uitwedstrijden tegen AZ (0-4) en Sparta (0-7). Morgenavond zal de Kuip naar alle waarschijnlijkheid niet uitverkocht zijn. Tot vandaag werden er "maar" 30.000 kaarten verkochten, en dat voor een wedstrijd die best als "heel belangrijk" mag worden beschouwd. Nu het inmiddels steeds duidelijker wordt dat plek 2 in de competitie het hoogsthaalbare is voor Feyenoord, wordt het belang van de bekertoernooi alleen maar groter. In gesprek met het AD geeft Jean-Paul Boëtius zijn mening over de huidige situatie. "Ik begrijp de gedachte, maar zo voelt het niet in onze kleedkamer", vertelt Boëtius. "Het bekertoernooi is altijd belangrijk voor ons geweest. En dat we thuisspelen is en blijft gewoon een groot voordeel. Dat is nu niet opeens allemaal anders omdat we in de competitie achterop zijn geraakt bij PSV of omdat we een paar wedstrijden uit beter speelden dan thuis. We willen gewoon die volgende ronde halen. Rechtstreekse plaatsing voor de Europa League via de beker, dat is verleden tijd. Maar we hebben altijd in ons hoofd gehad dat we in de beker iets willen neerzetten. We willen die prijs pakken." Afgelopen zondag tegen Sparta liet Boëtius weer van zich spreken. Hij speelde een hele sterke wedstrijd en liet een hele goede indruk achter. Desondanks werd er veel meer verwacht van de "verloren zoon", na zijn terugkomst van FC Basel. "Tegen Ajax speelde ik een draak van een wedstrijd", zegt Boëtius. "En een paar dagen later maakte Sam Larsson drie goals tegen Swift, dan ben je bij een club van het niveau van Feyenoord jouw plek kwijt. Zo simpel is het. Dat het publiek af en toe fluit? Dat hoort er gewoon bij en ik speelde ook een periode niet goed. Weet je wat het is, als ze fluiten moet je als speler maar zorgen dat je dingen laat zien waar ze de handen wel voor op elkaar krijgen. Daar sta ik anders in dan vroeger hoor. Toen schrok ik als jong ventje heel erg toen ze opeens begonnen te fluiten als ik een bal verspeelde. Nu weet ik dat je daar mee om moet leren gaan. Zoals wij zondag speelden tegen Sparta, dan fluit niemand. En hopelijk is Heracles ook zo’n wedstrijd om van het fort de Kuip dat zo lang niet kon vallen weer een onneembaar fort te maken."