COLUMN | Voorspelbare Van Geel moet voorbeeld nemen aan PSV en Ajax
Wie had bij het debuut van Rick Karsdorp durven hopen dat hij tachtig wedstrijden later zou vertrekken als de duurste Feyenoorder aller tijden? En dat met een prijskaartje van 17 miljoen euro. Thumbs up voor Martin van Geel, die deze transfer uitstekend heeft uitonderhandeld.
De technisch directeur zal smachtend naar zijn verlanglijstje en naar de scoutingsrapporten kijken wanneer de Karsdorp-miljoenen binnenstromen. Dat deze lijstjes kleiner zijn dan die in Amsterdam en Eindhoven, lijkt hem niet te deren.
De club die Martin van Geel aanstelt als td, hoeft niet te rekenen op veel verassingen. De koopman bewijst keer op keer dat hij gaat voor zekerheid met een kleine visvijver tot gevolg. Wat weer gepaard gaat met wisselend succes. Dirk Kuyt, Steven Berghuis en Eljero Elia bijvoorbeeld hadden een groot aandeel in het landskampioenschap, al bleef er geen restwaarde over. En dat is vanzelfsprekend nadelig voor een club uit een kleine competitie als de Eredivisie, die juist een landskampioenschap kan aangrijpen als een ladder om door te groeien.
Bij Ajax en PSV hebben ze al lang begrepen dat de Eredivisie een opleidingscentrum is en dat wanneer je daar gunstig gebruik van maakt, je de clubkas kunt spekken én ieder jaar een goede selectie kunt neerzetten. En hoewel Ajax en PSV financieel in een veel gunstiger pakket zitten, zou het geen overbodige luxe zijn om iets van een vergelijkbaar scoutingsnetwerk of de resultaten daarvan terug te zien in Rotterdam-Zuid.
Zo verkocht Ajax het afgelopen jaar voor 56 miljoen euro. Een gigantisch verschil met Feyenoord, dat 300.000 euro ontving uit transferinkomsten. Dit is te weerleggen door te zeggen dat Feyenoord de selectie grotendeels bij elkaar wist te houden en zo kampioen van Nederland werd. Toch was het Van Geel die zei dat het noodzakelijk blijft om ieder jaar voor een paar miljoen te verkopen. Dat was afgelopen jaar niet mogelijk, zonder serieus aanspraak te maken op de titel.
Ook de td begrijpt dat een selectie, zeker in Nederland, een combinatie moet zijn van ervaring en talent. Al is de vraag of hij weet in welke proporties. Ook heeft oud-voetballer geen (geweldig) oog voor potentie. Zo smeet hij met miljoenen in de richting van de Nederlandse subtop voor de diensten van Renato Tapia, Marko Vejinović en Bilal Başaçıkoğlu. Geld dat nu (grotendeels) is verdampt. Michiel Kramer bleek twee jaar geleden een blinde aankoop, nadat hij eerder te licht was bevonden.
Tekenend voor het beleid van Van Geel is de terugkeer van Jean-Paul Boëtius. De komst van wederom een bekend gezicht die misschien wel heel gunstig uitpakt, maar voor hetzelfde geld hopeloos faalt. Garanties bij een aankoop heb je nooit, al lijk je bij Van Geel garanties te hebben op een aantal miskopen per jaar. En ook dat zijn namen die eerder wél zijn geslaagd in Nederland. De aankoop van Boëtius is een gebrek aan kennis van de markt.
De enige spelers die gekocht werden door Van Geel en verkocht werden door diezelfde technisch directeur voor aanzienlijk meer geld, zijn Daryl Janmaat en Graziano Pellè. Sinds Van Geel de laatste jaren een x bedrag kan besteden, werden er verder alleen spelers uit de eigen jeugd doorverkocht met winst. Zoals nu Rick Karsdorp.
Met Nicolai Jørgensen heeft Feyenoord sinds afgelopen zomer een nieuwe Pellé in huis. Toch lijkt Van Geel geen omslag te gaan maken in zijn voorspelbare aankoopbeleid, dat vooral lijkt gericht op de korte termijn. Waar Ajax en PSV inmiddels spelers uit Latijns-Amerika presteren, reikt het scoutingsnetwerk van Feyenoord niet veel verder dan de landgrenzen.
Van Geel heeft veelal goed werk afgeleverd in zijn dienstjaren bij Feyenoord, met het kampioenschap van het afgelopen seizoen als hoogtepunt. Maar er blijft ruimte voor kritiek. Zeker op het aankoopbeleid. Het is opmerkelijk hoe weinig transferwaarde de opstelling van Feyenoord vertegenwoordigt, waardoor de verkoop van Karsdorp noodzakelijk werd.