Jens Toornstra staat vandaag met een groot interview in de Voetbal International. Toornstra gaat daar in op de start van zijn carrière, zijn aanwezigheid bij Oranje, maar vooral op Feyenoord in de Europa League en hoe verder in de competitie. Moet Feyenoord de Europa League laten lopen om te presteren in de competitie? “Natuurlijk niet”, aldus Toornstra.
“Maar ik snap die gedachtengang wel. We moeten ook niet doen alsof het allemaal vanzelf gaat. Ik ben blij met een week vrij. We moeten echt even tot rust komen. Ik had last van overbelasting. Je zag bij ons de vermoeidheid, de pijntjes, de slijtage. We kunnen dat moeilijk ontkennen. Dat kom je gewoon tegen onderweg. Maar dat is niet alleen bij ons zo. Dat zag je bij Ajax en PSV ook, maar die pakten in hun laatste wedstrijd nog wel een punt.”
Iedereen heeft het over de serie nederlagen van vorig seizoen, maar ook in 2014 leed Feyenoord al vijf nederlagen op rij. “Die extra wedstrijden kosten gewoon kracht. Dat was in mijn eerste seizoen hier nog wel het duidelijkst. Na de uitschakeling tegen AS Roma stortte de hele boel in, verloren we de laatste vijf wedstrijden. Dat moeten we nu wel voorkomen. Natuurlijk hebben we te maken met kleine pijntjes en blessures. Maar de meeste zijn gelukkig wel van korte duur. En ook met die pijntjes moet je spelen en winnen. Ook dan moet je in Deventer met de kwaliteiten die we hebben nog twee doelpunten kunnen maken.”
Toornstra is er van overtuigd dat wanneer Feyenoord de groepsfase overleefd er mooie dingen kunnen gebeuren in de Europa League. “Nou, ik zal je wat vreemds vertellen. Als we onze groep overleven, dan kunnen wij de Europa League óók winnen. Natuurlijk kan dat, waarom niet? We hebben nu een groep met Fenerbahçe en Manchester United, die ook niet in de Champions League zou misstaan. Als je van United kunt winnen, en het niveau van die wedstrijd een paar keer kunt evenaren, dan kun je ook de Europa League winnen. In 2002 kon het toch ook? Je moet altijd vertrouwen houden.”
Toch lijkt Feyenoord dit seizoen moeite te hebben met direct presteren in wedstrijden. De laatste vier wedstrijden kwam de ploeg op achterstand. “En dan moet je achtervolgen. Dat kost kracht. Onze eerste opdracht is ook weer eens op voorsprong te komen. Het is geen toeval dat je eerst steeds achter komt en dan de boel weer recht moet zetten. Dat we dat kunnen, zegt veel over deze groep, we raken niet meer in de war. Er komt alleen een dag dat dat niet meer lukt, zoals in Deventer. We hebben daar een tik gehad. Voor mijn gevoel hadden we nog drie uur kunnen spelen zonder te scoren. Daarmee sluiten we dit blok af met twee punten uit drie wedstrijden. Dat hadden er minstens zeven moeten zijn. Dat doet de meeste pijn. Dit waren de weken om zaken te doen. En toch staan we nog bovenaan. We doen op alle drie fronten nog mee. Ajax en PSV zullen net als wij met tegenslagen te maken krijgen. Ook zij spelen Europees. Dit is voetbal in de top. Volgend jaar wordt het hopelijk nog zwaarder. Wat zou het mooi zijn om met deze groep straks de Champions League in te gaan. Voorlopig staan we waar we willen staan.”
Feyenoord leek superieur in het begin van het seizoen. Zelfs Ajax werd met vlagen weggespeeld. “In wedstrijden zoals in Deventer. Nadat we er negen hadden gespeeld met 27 punten, dacht ik echt: We zijn onoverwinnelijk. Dat zag je ook de eerste helft tegen Ajax. We waren zó rustig, speelden zó makkelijk. Zo voel je je niet vaak op het veld, kan ik je vertellen. Dat was echt een heel lekker gevoel. Maar als je dat iedere week hebt, sluipt dat er misschien een hele beetje te veel in. Dat gevoel dat het altijd goed komt. Dan is het misschien een keer goed om keihard te verliezen. Dit was de fase in het jaar geweest om afstand te nemen, dat hebben we niet gedaan en dat is zo zonde. Maar schrijf ons niet af. We hebben nog heel veel vertrouwen.”