Fräser: 'Als ik nu de keuze tussen de jeugd van Feyenoord en PSV moet maken, zal dat verdomd moeilijk zijn'
Henk Fräser is afgelopen week begonnen aan zijn nieuwe klus bij Vitesse. De voormalig speler en jeugdtrainer van Feyenoord gaat in een groot interview in de Voetbal International onder meer in op zijn tijd als jeugdtrainer bij Feyenoord en de reden waarom hij moest vertrekken.
Fräser wordt gezien als een verdedigende trainer, dat moet hij volgens Voetbal International bij Vitesse laten varen. “Ja, daar zijn we in Nederland goed in, hè? Van de Zwarte Pieten-discussie, tot de discussie over wat voor trainer je bent: mensen moeten altijd in hokjes worden gestopt.. Ik ben met de Hollandse School opgevoed en heb in totaal tien jaar in de jeugd van Feyenoord en PSV gewerkt. Clubs waar je bijna altijd de betere ploeg bent. Hetzelfde geldt voor mijn tijd als speler bij Feyenoord en Oranje, of toen ik assistent was bij Jong Oranje. Pas bij ADO heb ik geleerd wat realistischer te handelen. Ik wil wel compact spelen, maar dat is niet hetzelfde als verdedigend.”
Fräser leek met heibel te vertrekken bij Feyenoord. “Nee, zo zie ik dat niet. Bij Feyenoord moest ik na acht prima jaren weg omdat hoofd jeugdopleiding Stanley Brard het niet meer in me zag zitten. Zo loopt het nou eenmaal, al ben ik het er nog steeds niet mee eens. Ik moet hem zelfs dankbaar zijn, zonder hem had ik deze carrière misschien niet gehad.“ Nadat Fräser als assistent had gewerkt onder Wiljan Vloet en André Wetzel, haalde die eerste hem naar PSV als jeugdtrainer, daar is Fräser onder de indruk geraakt van die club. “Ik had een jaar de leiding over de B1, daarna een jaar de A1. Fantastische tijd, met jongens als Memphis Depay en Jürgen Locadia. Allemaal leuke gasten. Ik zal eerlijk zijn: ik ben absoluut Feyenoorder, geen twijfel over mogelijk. Maar als ik nu de keuze zou moeten maken tussen het werken in de jeugd van Feyenoord of het werken in de jeugd van PSV… Ik zeg je, dat zou een verdomd moeilijke keuze zijn. De mogelijkheden, de faciliteiten, de werksfeer; door dat alles heb ik warme gevoelens gekregen voor PSV.”